René Feller trainer-coach in Rwanda

| nldevoet-dehdari | Trainersnieuws

Eerder vertelde René Feller in de rubriek TrainersTaal over zijn werkzaamheden als bondscoach in Eritrea. Door de resultaten met het team van Eritrea ontstond er belangstelling bij andere landen: Tanzania, Kenia, Uganda en Sudan. De aanvallende manier van voetballen van Fellers teams viel blijkbaar in de smaak. Tegenwoordig in René Feller trainer in Rwanda bij FC Armée Patriotique Rwandaise (APR FC) in Kigali. Rwanda is een land in Centraal-Afrika en staat bekend om politieke onrusten. In augustus 1996 beschuldigde oud-premier Faustin Twagiramungu (Hutu) het Rwandese leger van genocide op 600.000 Tutsi’s. Eind 1996 leek de situatie weer ‘onder controle’. President Bizimungu en het parlement keurden een wet goed waarin werd voorzien in de berechting van 80.000 misdadigers. Hoewel de situatie enigszins stabiel is, is men constant op de hoede voor het opnieuw oplaaien van het etnisch geweld. In 2000 werd generaal Paul Kagame (Tutsi), de werkelijke machthebber en minister, tot president gekozen. René Feller vertelt wat hij, samen met assistent-trainer Erik te Paske, tot nu toe heeft meegemaakt als voetbaltrainer in Rwanda. Rwanda René Feller: “Ik had dus wat opties in diverse landen. Door de onlusten bij de verkiezingen in Kenia verviel die optie. Rwanda en met name de president van dat land (Paul Kagama) verzocht mij om gedurende een week dat land te bezoeken. Mensen hebben veelal een verkeerde indruk van het land dat vijftien jaar geleden verscheurd werd door de genocide: de moordpartij tussen fanatieke door Frankrijk gesteunde Hutu’s en Tutsi’s en gematigde Hutu’s en Twa’s. In honderd dagen werden toen ongeveer een miljoen mensen omgebracht. Het is een land dat zich daarna enorm goed hersteld heeft. De eensgezindheid is nu groot en men spreekt ook van “Ik ben Rwandees”. Er is veel armoede in Afrika maar Rwanda is economisch het sterkste land van de omringende landen. Het is ongeveer zo groot als Nederland en dus goed bestuurbaar, in tegenstelling tot Congo dat negentig maal groter is. Rwanda streeft ernaar een belangrijk financieel centrum te worden. Voedsel is er voldoende en ieder op het platteland heeft zijn eigen volkstuintje,echter met alleen een schop. Machines zoals tractoren en dergelijke zijn er niet. De grond is wel heel vruchtbaar. Koffie, thee, bananen en honing zijn exportartikelen. Toerisme trekt duidelijk aan. Veel Amerikanen bezoeken het land en met name het vulkanisch gebied met de in het wild levende gorilla’s zijn een bezienswaardigheid. Het land heeft nauwe kontakten met de Verenigde Staten getuige de grote ambassade. Hier in het land staat ook een grote Heinekenbrouwerij.  Ook Amstel wordt veel gedronken. De bevolking bestaat voornamelijk uit christenen. Er wordt veel gebeden en de kerk neemt een voorname plaats in.” René Feller: “Het is in dit land alles voetbal wat de klok slaat. Men luistert veel naar de radioverslagen. Er is een eerste en tweede divisie. De velden zijn behoudens de drie kunstgrasvelden vaak slecht onderhouden. De club APR FC is de enige club die met (kleine) contracten werkt en spelers aantrekt uit omliggende landen. Het is de club van de legerleiding en politie. Met een luxe toeringcar worden de spelers naar het trainingveld vervoerd. Er is eenheid van trainingkleding. Bij de training is altijd veel publiek. We trainen praktisch iedere dag en soms tweemaal per dag. Voor een wedstrijd gaan de spelers in een soort ‘camp’. Ze zijn dan verzekerd van goed eten. De selectie bestaat uit 28 spelers plus twee doelverdedigers. We hebben een staf van vijf personen. Met mijn assistent Erik Te Paske (oud-AZ) plus een keeperstrainer doe ik de voorbereiding. Iedere tegenstander is gebrand om tegen APR FC een goed resultaat neer te zetten. Het niveau van de scheidsrechters is matig tot slecht. Tackles die in Nederland rood zouden betekenen laat men regelmatig onbestraft gaan. Er heerst een geweldig enthousiasme van fanclubs! Bij uitwedstrijden is het heel normaal dat er drie- tot vierduizend man publiek is. Kleedkamers zijn er zelden, dus er wordt in de bus omgekleed.” Spelers René Feller: “De speelwijze van de tegenstanders zijn er duidelijk op uit om goed voetbal dat door ons wordt geprobeerd te beletten. Op de slechte velden zijn deze clubs verdedigend in het voordeel en soms moeilijk te bespelen. Het spel is zeer opportunistisch en fysiek. De lichaamsbouw van de spelers is prima en ze hebben buitengewone sprongkracht en snelheid. Het probleem in heel Afrika is de tactiek en mentaliteit. Helaas is er geen jeugdopleiding of jeugdcompetitie waar de jongeren het tactische gedeelte meekrijgen zoals in Nederland. Maar technische hoogstandjes beheersen ze wel. Discipline is bij ons wel aanwezig. Een kwartier voor de training (om 08:00u) spelen ze graag een rondootje. Dus ik geef hen tijd om te dollen. Strafmaatregelen zijn nog nooit aan de orde geweest. Hoewel onze geldboetes relatief laag zijn, willen ze er écht niet eentje krijgen! Onze Hollandse visie op het voetbal pakt hier zeer goed uit. Nog nooit hadden ze een blanke technische leiding gehad. Hier in Afrika moet je winnen, anders volgt zeer snel ontslag, maar hier zijn ze door onze aanpak laaiend enthousiast geworden. De lokale trainers zijn zeer beperkt in kennis en hechten grote waarde aan ‘bidden voor goed resultaat’. Dat hebben we beperkt. Voor en na de training en voor en na de wedstrijd en eenmaal in de rust. Ook moet je altijd beseffen dat de meeste spelers geen of een beetje schoolopleiding gehad hebben. Onderlinge communicatie tijdens het spel is misschien wel daarom dik onvoldoende. Daar hameren we wel veel op en door specifieke trainingsvormen aan te dragen komt het wel op gang. Doordat wij veel zoniet alles  met de bal doen vinden ze het prachtig. Wij doen heel veel positiespelen. Onze ervaring heeft ons voldoende variatie in oefenstof opgeleverd. Bovendien dien je je op de hoogte te houden met de vakbladen over het voetbal en gebruik te maken van dvd’s. De taal die wij gebruiken is Frans, Engels, Swahili en Kimirwanda. De keeperstrainer van zowel APR FC als het nationale team vertaalt waar dat nodig is, maar het meest duidelijk is toch wel het coachen in de situatie, het voorbeeld. Verder hechten we veel waarde aan herhalen, want ze kunnen niet lang hun concentratie behouden. Dat past bij hun leefstijl. Lange termijnplanning zowel bij de bond als bij clubs en spelers kent men niet. Morgen zien we wel weer. Ook wij passen ons aan en anders ben je niet geschikt om in Afrika te werken. Het is een genot om met deze knapen te werken. Ze zijn blij met wat ze hebben en ten aanzien van ouderen heeft men veel respect. Geen ja-maar-cultuur. De spelers hebben niet drie paar schoenen, maar de zon schijnt altijd.” Tactisch René Feller: “Hoe is de formatie in Afrika? Evenals in de Arabische wereld altijd met twee spitsen en een er achter. Dat kan best, maar dan wordt wel vereist veel te switchen en dat gebeurt te weinig. Dus vaak man tegen man en dat is voor mij niet van deze tijd. Hoe dan wel? Neem als voorbeeld Spanje, Portugal en Nederland, dus compact spelen met veel positiespel en vleugelspel(ers). Wij spelen 1:3:3:1:3. Het korte dekken vergeten ze nog wel eens, maar daar werken we nu aan. Dat mijn assistent in het betaald voetbal heeft gefunctioneerd is zeker een plus, want bij de partijspelen (groot of klein) doet hij regelmatig mee. Dan ontstaat er vanzelf wel een vechtlust! Wij kennen onderhand veel stop- en voetbalwoorden in hun talen, dus dan komt de boodschap ook steeds beter over!” Internationaal René Feller: “We zijn halverwege vorig seizoen aangesteld. De latere kampioen Atraco was niet meer te achterhalen, maar door de bekerfinale te winnen van Atraco met 4-0, hebben we toch nog internationaal voetbal bereikt. De equivalent van Uefa-wedstrijden. Eind januari 2009 moeten we spelen tegen een ploeg uit Kenia. Bij winst komen we te spelen tegen Enfeffi uit Egypte. Dit seizoen hebben we tien gespeeld en met 23 punten staan we alleen bovenaan. Na 13 december hebben we echter een lange competitiestop. Waarom?APR FC levert 9 spelers aan het nationale team plus vier spelers die in Europa spelen. De eerste voorronde voor de WK 2010 is men doorgekomen, dus nu is het team geplaatst voor de laatste ronde met Egypte, Algerije en Zambia. De bovenste gaat naar de WK in Zuid-Afrika en de volgende twee gaan naar Angola voor de African Nation Cup. Vervolgens kennen we hier ook het Afrikaans kampioenschap voor spelers onder de 20 jaar. Dit wordt 18 januari in Rwanda (Kigali) gehouden. Poule A: Nigeria, Ivoorkust, Zuid-Afrika en Egypte. Poule B  :Rwanda, Ghana, Mali en Cameroen. Vanaf 12 december zijn deze jongens drie weken in trainingskamp in Tunesië. Zes van deze spelers zijn van de FC APR. Rwanda staat op de wereldranglijst 85e van de 210. Relatief gezien is dat dus niet slecht. Talent is hier aanwezig en zeker twee spelers van mijn team zouden niet misstaan in de Nederlandse eredivisie. Ze zijn vele malen atletischer dan de blanke spelers. Altijd kwamen de talenten en toppers uit West-Afrika maar de verandering is gaande. Ook Oost-Afrika komt, mede door de aanleg van veel kunstgrasvelden die met financiële ondersteuning van de FIFA met rap tempo  gelegd worden.”

Gerelateerd
Trainersnieuws

Andries Jonker: ‘In 1:3:5:2 de meeste creativiteit op het veld’

Trainersnieuws

Marijn Beuker: Creëren en implementeren van een visie

Trainersnieuws

Thomas Ruesink: Opleiden in de Onderbouw