Aron Winter (Oranje onder 19) over teamfunctie aanvallen tegen ploeg die met twee spitsen speelt

| nldevoet-dehdari | Trainersnieuws

DSC08406In Italië, waar Aron Winter tussen 1992 en 1999 voor Lazio Roma en Internazionale uitkwam, komt het spelen met twee spitsen (of zelfs één) met grote regelmaat voor. In Nederland zien we het in de Eredivisie soms en in jeugdcompetities bij hoge uitzondering. Voor Winter is dat laatste ongunstig, want tijdens wedstrijden met Oranje onder 19 moeten zijn spelers wel degelijk aantreden tegen teams die met twee spitsen spelen. Winter vertelt over de manieren waarop je in dat soort gevallen de opbouw kunt verzorgen. Hierbij komt één aspect steeds terug: durf te variëren. Kennismaken met 1:4:4:2 Aron Winter: “Als coach van Oranje onder 19 heb ik inmiddels een goed beeld van de B- en A-junioren in Nederland. Ik zie veel wedstrijden in de hoogste jeugdcompetities en nooit tref ik daar een team dat 1:4:4:2 speelt. En dit terwijl we dat met Oranje onder 19 in interlands wél geregeld tegenkomen. In mijn ogen zou het dan ook goed zijn wanneer jeugdspelers in hun opleiding te maken krijgen met het spelen in en tegen 1:4:4:2. De manier waarop je vrijloopt en welk gevolg een loopactie heeft, is bij of tegen 1:4:4:2 wezenlijk anders dan bij 1:4:3:3. Bij 1:4:4:2 wordt er doorgaans op het middenveld gespeeld in een ruit of met vier  man op lijn (vlak). Voorin staan de beide spitsen naast elkaar of schuin achter elkaar. Dit betekent dat, wanneer je zelf gaat opbouwen, spelers gedwongen worden om andere keuzes te maken dan wanneer de tegenstander 1:4:3:3 speelt. Zeker bij de B- en A-junioren kun je spelers hier al in scholen. Clubs kunnen, om te beginnen, hier op trainingen aandacht aan besteden of in oefenwedstrijden eens 1:4:4:2 gaan spelen.” Aan de hand van twaalf tekeningen legt Aron Winter manieren uit hoe er, tegen een tegenstander die in een 1:4:4:2-formatie speelt, opgebouwd kan worden. Hieruit blijkt vooral dat er niet één goede manier van opbouwen bestaat: “Daar waar de ruimte ligt, moet je opbouwen.” Lees het volledige artikel in de printuitgave van De Voetbaltrainer. Nog geen abonnee? Word lid!