Sommige voormalige betaald voetballers zijn zich tijdens hun carrière al bewust van het feit dat ze later trainer willen worden. Bij anderen ontstaat dat gevoel pas later. Martijn Reuser, volgend seizoen deelnemer aan de cursus TC I, behoort tot die laatste groep. De geboren Amsterdammer maakt sinds een aantal jaren stappen op het trainersvlak. De Voetbaltrainer spreekt met hem over zijn ontwikkeling als trainer en gaat daarbij specifiek in op het omgaan met de C-junior, de leeftijdsgroep waar Reuser momenteel bij NAC Breda en de KNVB mee werkt. Overdrijven Martijn Reuser: “Toen ik een paar jaar geleden begon als trainer, had ik het idee dat spelers alleen maar plezier moesten hebben. Bij de jongste jeugd is dat voornamelijk het geval en ook bij oudere leeftijdsgroepen speelt plezier een rol. Maar toch komt er een moment waarop je beseft dat er meer is. Ik werk dit jaar met C-junioren en dan komt er wel eens een tactische training bij kijken, waarbij je situatief coacht en stopmomenten hebt. Toen ik zelf nog speelde, was ik hier niet echt een fan van. Ik wilde het liefst dat de training doorliep. Nu sta ik aan de andere kant en merk dat je, wanneer je tactisch traint, spelers op dat vlak duidelijk verder kunt helpen en verbeteren. Wel is het belangrijk dat je die balans bewaakt. Dus tactisch trainen en situatief coachen met stopmomenten kan en moet bij C-junioren, maar je moet het ook weer niet overdrijven. Bij C-junioren merk ik dat je de oefeningen aantrekkelijk moet houden. Zeker wanneer spelers merken dat ze beter worden in bepaalde aspecten, zijn en blijven ze erg gemotiveerd om hun best te doen. Mits de oefening uitdagend is, dus er moet iets te winnen zijn. Naarmate je langer trainer bent, leer je steeds beter om het niveau in te schatten en merk je welke oefeningen geschikt zijn.” Wilt u het complete artikel lezen? Word dan abonnee. Kijk hier voor de mogelijkheden.