Veel trainers geven aan ‘te willen voetballen’, slechts weinigen proberen dat met zo veel passie en lef in de praktijk te brengen als Roeland ten Berge. De 38-jarige oefenmeester, die deze zomer overstapte van hoofdklasser Excelsior ’31 naar topklasser DVS ’33 uit Ermelo, heeft een duidelijke visie over de speelwijze in balbezit. Hij wil resultaat behalen met gedurfd voetbal van achteruit en kort combinatiespel op de helft van de tegenstander. ‘Het liefst stel ik tien technische, beweeglijke spelers op. Verzorgd voetbal vormt voor mij altijd de basis.’ Om kort combinatievoetbal te spelen, zie ik mijn spelers graag dicht bij elkaar spelen. Dat is een uitgangspunt dat indruist tegen de traditionele opvatting ‘het veld groot maken in balbezit’. In mijn optiek wordt het veel moeilijker om kort combinatiespel te spelen als de onderlinge afstanden groot zijn. Het biedt daarnaast ook grote voordelen in de omschakeling na balverlies. Omdat mijn spelers al dicht bij elkaar staan, is het veel gemakkelijker om de bal snel terug te veroveren. Het compact spelen in balbezit heeft qua veldbezetting met name consequenties voor de buitenspelers. Ik wil graag zien dat zij zonder bal van buiten naar binnen bewegen (zie tekening 3a, op de volgende pagina). Door dichter bij elkaar te spelen, wordt kort combinatievoetbal makkelijker uit te voeren. Daarnaast stellen ze de backs en centrumverdedigers van de tegenstander voor een keuze: meegaan of niet. Als de back meeloopt (zie tekening 3b, op de volgende pagina), komt er in de hoek veel ruimte te liggen voor onze opkomende back of een lopende middenvelder. Blijft hun back in de zone staan (zie tekening 3c, op de volgende pagina), dan staan wij centraal in de voorhoede één-opéén. De middenvelders kunnen dan ruimte maken en onze spits kan in de bal bewegen om aanspeelbaar te worden. De tegenstander zal dan vaak niet doordekken, waardoor onze spits open kan draaien en met zijn gezicht naar het doel uitkomt. Het kan ook voorkomen dat de centrumverdediger van de tegenstander onze buitenspeler overneemt en hun back doordekt op onze opkomende back (zie tekening 3d, op de volgende pagina). Dat is het sein voor onze buitenspeler om weer richting de zijkant te bewegen in de ruimte die is ontstaan.” Speciaal voor De Voetbaltrainer stelde Roeland ten Berge een aantal videofragmenten samen die zijn verhaal ondersteunen. Bekijk ze hier > Wilt u het hele artikel lezen en/of abonnee worden op vakblad De Voetbaltrainer? Hier vindt u meer informatie over de mogelijkheden.