Op perfecte wijze inschatten van talent en potentie. Waar voetbaltrainers continu bezig zijn met het ontleden van het teamspel binnen de verschillende teamfuncties, kijkt een scout heel anders naar een wedstrijd. Zijn ogen blijven gericht op die ene interessante speler die een versterking zou kunnen vormen. Welke eigenschappen zijn belangrijk, met welke factoren houd je als scout rekening en hoe is de wisselwerking met voetbaltrainer(s) en andere leden van de technische staf? Henk Grim, internationaal scout van het Duitse Sankt Pauli en voormalig hoofdscout van NEC, laat daarover zijn licht schijnen: ‘Je bent eigenlijk een soort rechercheur.’
Statistieken
Henk Grim: “Statistieken kunnen een hulpmiddel vormen bij het scouten. Stel dat je een buitenspeler aan het werk ziet, met dreiging en veel snelheid. Je vindt hem interessant voor jouw club, maar hij blijkt in 150 wedstrijden slechts vijf goals en acht assists achter zijn naam te hebben. Dan kun je je afvragen of hij wel zo geschikt is. Toch kunnen statistieken ook vertekenen. Mede op basis van de aanvallende output die uit de data naar voren kwam, trok AZ Jop van der Linden aan. Maar bij Go Ahead Eagles nam hij alle vrije trappen en corners, bij AZ niet. Sowieso zijn data soms moeilijk te interpreteren. Stel dat een speler een matige pass geeft die in de handen van de keeper belandt. Wordt die pass door dataverzamelaars dan gerekend als een schot? Uiteindelijk zie je met het blote oog het meest en is je eigen waarneming altijd leidend.”
Henk Grim: “Statistieken kunnen een hulpmiddel vormen bij het scouten. Stel dat je een buitenspeler aan het werk ziet, met dreiging en veel snelheid. Je vindt hem interessant voor jouw club, maar hij blijkt in 150 wedstrijden slechts vijf goals en acht assists achter zijn naam te hebben. Dan kun je je afvragen of hij wel zo geschikt is. Toch kunnen statistieken ook vertekenen. Mede op basis van de aanvallende output die uit de data naar voren kwam, trok AZ Jop van der Linden aan. Maar bij Go Ahead Eagles nam hij alle vrije trappen en corners, bij AZ niet. Sowieso zijn data soms moeilijk te interpreteren. Stel dat een speler een matige pass geeft die in de handen van de keeper belandt. Wordt die pass door dataverzamelaars dan gerekend als een schot? Uiteindelijk zie je met het blote oog het meest en is je eigen waarneming altijd leidend.”
Het complete artikel is te lezen in printuitgave van VT218.