Balbezit houden uit een ingooi op eigen helft

Een team gooit per wedstrijd gemiddeld ruim twintig keer in. Reden genoeg dus om er veel aandacht aan te besteden. In trainingen en besprekingen, maar allereerst door glashelder te hebben wat je als trainer nou eigenlijk van je spelers verwacht in de verschillende situaties die zich bij een ingooi voordoen. In dit artikel lichten we de ingooi op eigen helft uit, en dan specifiek de rol van de centrale verdedigers.

Overtal met centrale duo

Bij een ingooi op eigen helft, zeker binnen 1:4:3:3 tegen 1:4:3:3, dekt de centrumspits van het verdedigende team vaak de centrale verdediger aan de kant van de bal. Dat betekent dat de andere centrale verdediger weliswaar vrijstaat, maar amper te bereiken is (afbeelding 1). In deze situatie gooit de rechtsback van Juventus de bal lang omdat hij de korte opties te gevaarlijk vindt. Dat resulteert in balverlies.

In een vergelijkbare situatie weet Manchester City de vrije man wél te vinden (afbeelding 2). Let op het verschil in veldbezetting. De centrale verdediger aan de kant van de bal zakt veel verder uit dan die van Juventus, waarmee hij de spits van Arsenal uitlokt om hoger te spelen. De meeste spelers bewegen bij de bal weg, om hun tegenstander mee te trekken en zo ruimte te creëren voor hun medespelers. Zo ontstaat er in een grote ruimte een 3:2-situatie, of zelfs 4:2 als je de speler die ingooit meerekent. Omdat het drietal binnen de lijnen ook nog eens relatief ver uit elkaar speelt, is dit voor de twee spelers van Arsenal nooit vast te zetten.

Trainingsvorm

Hoe vertaal je deze situatie naar het trainingsveld? In onderstaande trainingsvorm spelen een keeper, een ingooi­ende back, twee centrale verdedigers en een controlerende middenvelder van blauw tegen een aanvallende middenvelder en spits van rood (zie afbeelding 3). De nadruk ligt op het vergroten van de onderlinge afstan­den. Op die manier komen de twee spelers van rood voor keuzes te staan. Zo is er meer tijd en ruimte om in balbezit te blijven en tot scoren te komen. Kies de veldafmetingen zo dat dit regelmatig lukt, maar rood ook af en toe de bal verovert.

Bovenstaande passages komen uit twee artikelen uit De Voetbaltrainer 241, die los na te bestellen is. Wil je acht keer per jaar 80 pagina’s vol vakinformatie ontvangen, abonneer je dan op ons vakblad.