Beter omgaan met rebounds, aanvallend en verdedigend

| Redactie De Voetbaltrainer | Trainersnieuws

Gemiddeld maken en incasseren teams ongeveer eens per tien wedstrijden een doelpunt uit een rebound. Kortom, terugstuitende schoten kunnen het verschil betekenen tussen winst en verlies en wel of geen kampioenschap of degradatie. Met gerichte training en coaching kan dit aantal aanvallend omhoog en verdedigend naar beneden. Reden genoeg dus om eens de diepte in te gaan op dit onderwerp. Wat is ervoor nodig om een beter ‘doelsaldo’ te behalen uit rebounds?

Aanvallende rebound

De belangrijkste worst om een aanvaller voor te houden in het alert zijn op rebounds is dat het ‘simpele’ goals oplevert. Komt de bal voor de voeten in de nastoot, dan levert dit vaak levensgrote kansen op. Een goed voorbeeld is de goal van Juventus (afbeelding 1). Morata is het meest alert en kan de bal eenvoudig in het lege doel schuiven. Een rebound voor de voeten krijgen blijft natuurlijk altijd in grote mate afhangen van toeval. Of de bal uiteindelijk bij een aanvaller terugkomt, is onder meer afhankelijk van het schot, het handelen van de keeper en de oplettendheid van de verdedigers. Maar op lange termijn kunnen aanvallers het verschil maken door goed te handelen en daarmee het geluk af te dwingen.

Afbeelding 1 – Rebounds zijn vaak buitenkansjes met een grote kans op een doelpunt.

Trainen op rebounds

Een manier om te trainen op aanvallende rebounds, is door tijdens afwerk- en aanvalsvormen pas te stoppen als de bal uit, weggewerkt of klemvast is. Om veel herhalingen te krijgen als het om rebounds gaat, kan bijvoorbeeld een 3:2+K-situatie (afbeelding 2) worden gespeeld. De blauwe speler maakt een eentwee met een medespeler naar keuze. Daarna heeft hij twee balcontacten om (voor de zestienmeterlijn) tot een schot te komen. De verdedigers mogen daarbij eventueel uitstappen om het schot te blokken. Een doelpunt levert een punt op, een bal over of naast kost een punt (om te stimuleren dat er vaker tussen de palen wordt geschoten). Om meer rebounds te krijgen, mag de keeper de bal niet klem pakken en ook niet over of naast tikken (anders kost het een punt). De overige spelers lopen in en proberen te scoren. Er wordt gespeeld met buitenspel.

Afbeelding 2 – Een trainingsvorm 3:2+K om te trainen op rebounds. Na een eentwee volgt een schot, waarbij de keeper de bal niet klem mag pakken of over of naast mag tikken.
Gerelateerd
Trainersnieuws

Andries Jonker: ‘In 1:3:5:2 de meeste creativiteit op het veld’

Trainersnieuws

Marijn Beuker: Creëren en implementeren van een visie

Trainersnieuws

Thomas Ruesink: Opleiden in de Onderbouw