Dit stuk bevat passages uit een groter artikel uit De Voetbaltrainer 267.
Anthony Correia is met VV Katwijk kampioen geworden in de Tweede Divisie. Bepalend hiervoor is de ontwikkeling die het elftal heeft doorgemaakt tijdens het seizoen. Correia vertelt ons hoe hij de ontwikkeling van zijn elftal heeft vormgegeven aan de hand van het model van Tuckman: forming, storming, norming, performing en adjourning.
Forming
‘Bij de teamontwikkeling start men altijd in de forming fase, zeker als het om een nieuwe groep gaat. De forming fase wordt ook wel de beleefdheidsfase genoemd. Iedereen is enthousiast, fris om te beginnen en staat open voor nieuwe ideeën. Alle spelers hebben nog het gevoel dat ze bij de eerste elf kunnen komen, wat zorgt voor een goede saamhorigheid. Daarnaast kijkt de groep mij als trainer aan om de lijnen uit te zetten. Als trainer moet ik hier meteen de vruchten van plukken.’
Team
Op teamniveau hebben we de kaders neergezet door onze kernwaarden te formuleren. Ik ben niet een trainer die dat gaat opleggen, ik wil de spelers juist meenemen in het proces zodat het iets van ons allemaal wordt. Wij hebben als staf gevraagd welke waarden voor hen belangrijk zijn om een succesvol team te creëren. Uiteindelijk zijn daar zes kernwaarden uitgekomen: discipline, vertrouwen, acceptatie, passie, plezier en strijd. Die kernwaarden zijn aan het eind van vorig seizoen opgesteld. In de eerste week van het nieuwe seizoen hadden we een teambuildingsdag. Op die dag hebben we de kernwaarden
verder uitgewerkt. De spelers zijn in kleine groepjes uit elkaar gegaan om te bespreken hoe ze die kernwaarden kunnen vormgeven. Hoe ziet discipline of strijd er voor jou uit? Door dat met zijn allen te bespreken hebben we subbullets gemaakt waarin we de kernwaarden hebben uitgewerkt (zie afbeelding
1).

Overtuigen
Het uitwerken van de kernwaarden in kleine groepjes heeft natuurlijk wat schoolachtigs. Ik moet de spelers dus overtuigen om hier actief aan deel te nemen. Ik had van tevoren al enkele spelers ingelicht over deze opdracht en hun verteld dat het belangrijk was om ervoor te zorgen dat er een discussie op gang kwam in de groepjes. Dit zijn belangrijke spelers van mij binnen de groep, waarmee ik vorig seizoen al een band heb opgebouwd. Medestanders binnen de groep zijn essentieel. Wij als staf gaan niet in de kleedkamer zitten, dus het is belangrijk dat er binnen de groep spelers zijn die de leiderschapsrollen op zich nemen en ervoor zorgen dat iedereen zich aan de afspraken houdt. Voor mij is ‘samen’ een heel belangrijk begrip hierin. De staf moet het samen met de spelers doen. Ik realiseer me daarom dat ik mensen om me heen nodig heb in de staf en in de spelersgroep die hetzelfde uitdragen.