Frankrijk is een van de halvefinalisten op het WK. De ploeg van Didier Deschamps kiest er geregeld voor om linies over te slaan in de opbouw. Les Blues bespelen hierin vooral de tweede bal erg sterk. Hoe doet Frankrijk dit en wat doen zij beter dan bijvoorbeeld opponent Engeland in de kwartfinale?
Dode spelmomenten
Vanuit een dood spelmoment kan een linie worden overgeslagen door middel van een lange bal. Denk aan een achterbal of een vrije trap diep op de eigen helft die door de keeper richting de helft van de tegenstander gespeeld worden. Frankrijk kiest er in deze situaties vaak voor om van achteruit direct linies over te slaan. Keeper Hugo Lloris probeert direct Olivier Giroud te bereiken die vaak centraal op het veld positie kiest. Ousmane Dembélé en Kylian Mbappé kiezen hoger positie dan Giroud en houden daarbij ongeveer de breedte van de halfspaces aan. Antoine Griezmann en Adrien Rabiot staan vaak om Giroud heen, terwijl Aurélien Tchouaméni juist centraal iets terugzakt. Backs Theo Hernández en Jules Koundé dekken juist door om op dezelfde lijn als Tchouaméni te komen spelen. Frankrijk staat hierdoor erg sterk om een eventuele tweede bal te winnen.
Gekozen bal
Een gekozen bal is een lange (hoge) bal waarmee een linie wordt overgeslagen. De speler met de bal heeft tijd, ruimte en een eventuele alternatieve afspeelmogelijkheid, maar kiest er zelf voor om de bal lang te spelen. Frankrijk kiest voor een zelfde organisatie wanneer er een gekozen bal gespeeld wordt. De spelers van achteruit staan alleen minder snel aangesloten waardoor vooral de backs minder goed op de tweede bal zitten.
Winnen van tweede ballen
Frankrijk is vooral heel sterk in het winnen van tweede ballen. Opvallend is dat Frankrijk het eerste kopduel meestal verliest. Echter, door de sterke organisatie zijn Les Blues vaak in staat om de tweede bal te veroveren. Vaak is het de speler die in de ruimte komt voor de speler die het kopduel aangaat die de tweede bal pakt voor Frankrijk. Aangezien de meeste lange ballen gericht zijn op Giroud is dit in de praktijk vaak Griezmann. Griezmann is sterk in zijn positiekiezen in deze situaties en hij weet slim gebruik te maken van de blinde kant van zijn tegenstander om op het juiste moment het duel aan te gaan.
Dit is een van de verschillen met de Engelsen. Engeland probeert vaker de voetballende oplossing te zoeken in de opbouw. Wordt er dan toch gekozen voor een lange bal, dan staat de organisatie een stuk minder compact dan die van de Fransen. Vooral de laatste lijn staat niet aangesloten, waardoor er grote ruimtes in het centrum ontstaan waarin geen tweede bal gewonnen kan worden.
Frankrijk kan hierdoor ook gemakkelijker gegenpressing spelen op de tweede ballen van Engeland. Engeland wint de tweede ballen namelijk diep op de eigen helft; doordat Frankrijk op die momenten meteen vol druk zet, levert Engeland de bal vaak snel weer in.
Trainen op lange ballen
Wil je als trainer trainen op het spelen van de lange bal en het winnen van de tweede bal, dan kun je daarvoor deze oefening uit de Trainingsplanner gebruiken.