De Voetbaltrainer 245 – pag. 71

| |

D e V o e t b a l t r a i n e r 2 4 5 2 0 1 9 71

Floris Goes over tactische analyse op basis van data

S P E C I A L
A N D E R S D E N K E N , A N D E R S D O E N

wij mee bezig zijn, is een antwoord

vinden op de vraag: hoe kunnen we

die abstracte begrippen vertalen naar

een concrete analyse?’ ’

Ondanks dat clubs meer dan ooit

tevoren toegang hebben tot allerlei

data, is de knowhow om er grondig

mee aan de slag te gaan niet altijd

aanwezig. Volgens Goes is dat zonde,

want juist uit die data is zowel op

teamniveau als op individueel niveau

veel nuttige en bruikbare informatie

te halen.

Vervolgvraag
‘De analyses die wij ontwikkelen, ge-

ven trainer-coaches de mogelijkheid

om hun manier van spelen objec-

tief te kwantificeren. Hoe goed doet

het team het, gelet op een bepaald

principe dat ze willen uitvoeren? Te-

gelijkertijd resulteert het antwoord

op deze vraag direct in een vervolg-

vraag: Zorgt het goed uitvoeren van

het principe, of de gekozen strategie,

ook daadwerkelijk voor de gewenste

prestatie (lees: winnen)? Hiermee

bieden data niet alleen de mogelijk-

heid aan coaches om te evalueren,

maar ook om te reflecteren. Want de

spelprincipes die je terug wilt zien, in

hoeverre weet je nu eigenlijk of die

juist gekozen zijn? Zijn de aannames

waarop ze gebaseerd zijn valide? Zo

willen trainer-coaches bijvoorbeeld

graag analyses van het gebruik van

ruimte tussen de linies, of willen ze

weten hoe vaak het een back lukt om

over een middenvelder heen te ko-

men. Dit zijn vragen die je goed kunt

beantwoorden met behulp van data,

maar die ook direct de vraag oproe-

pen of het gebruik van ruimte tussen

de linies, of het mee opkomen van de

back, de kans op succes in de wed-

strijd ook daadwerkelijk vergroot.’

Intuïtie
‘Natuurlijk is het voor een trainer-

coach fijn wanneer data een bepaalde

spelopvatting bevestigen, maar we

merken dat veel van die opvattingen

op intuïtie en op gevoel gebaseerd

zijn. Stel een trainer-coach wil tijdens

het aanvallen de bal in een bepaalde

zone krijgen, om van daaruit gevaar-

lijk te worden. Dan is de eerste vraag

die terecht gesteld wordt: waarom

specifiek díe zone? Het kan uit ana-

lyse namelijk blijken dat aanvallen

vanuit een andere zone veel meer

kansen opleveren. Wat ik maar bedoel

te zeggen: wanneer je het intuïtieve

denken van een trainer-coach ver-

taalt naar een objectieve analyse, de

antwoorden ook een reflectie op het

denkproces zelf kunnen bieden. Daar-

door ga je op een andere manier naar

het spel kijken.’

In het vervolg van dit artikel bespre-

ken we enkele veelvoorkomende

aannames die door trainer-coaches

worden gedaan. Zowel op teamni-

veau maar ook op individueel niveau

vinden die aannames plaats. De in

dit artikel besproken analyses zijn

momenteel alleen van toepassing op

clubs in de Eredivisie (omdat trac-

kingdata, zeker in competitieduels,

alleen op het hoogste niveau aanwe-

zig zijn). Desondanks zijn de lessen

uit het onderzoek toepasbaar op alle

niveaus.

Packing, Impect en
Expected Goals
‘Laten we beginnen met Packing, Im-

pect en Expected Goals. Stuk voor stuk

populaire maten om een prestatie

te meten. Stel een trainer-coach wil

Pack ing gebruiken om de prestaties

van zijn team te evalueren. Wij kun-

nen die gegevens uitdraaien. Maar

heeft de Packingrate wel een daad-

werkelijk bewezen relatie met win-

nen? Van Impect (de mate waarin spe-

lers erin slagen om met een pass of

een dribbel de laatste verdediger van

de tegenpartij uit te spelen, red.) we-

ten we inmiddels dat winnende teams

hier een tien tot vijftien procent ho-

gere score op halen dan de tegenstan-

der. Maar op het gebied van Packing,

en trouwens ook op die van Expected

Goals, is er tot op heden geen enkel

onderzoek gepubliceerd waaruit blijkt

dat het een valide maat is. In die zin

is het best verbazingwekkend dat bij-

‘Kunnen we die abstracte
begrippen vertalen naar een

concrete analyse?’

70-71-72-73_goes.indd 71 16-10-19 14:25