Momenten van balbezit van twee teams wisselen elkaar soms zo snel af dat wedstrijden een aaneenschakeling vormen van omschakelmomenten. Een goed strijdplan tijdens aanvallen en verdedigen is niet genoeg: ook op de ongeorganiseerde en chaotische momenten kort na balverlies (en balverovering) zijn spelers op zoek naar houvast. Welke opties heeft een speler op individueel niveau tijdens het omschakelen na balverlies?
Dé trend van de afgelopen jaren in de omschakeling van aanvallen naar verdedigen is counterpressing, oftewel de vijfsecondenregel: na balverlies jaagt het hele team op de bal om die direct terug te winnen. Deze vorm van omschakelen kan – bij een goede uitvoering – leiden tot veel balbezit en het domineren van wedstrijden.
Toch is er geen enkel team dat met tien veldspelers tegelijk vol druk zet op de bal. Het Nederlands elftal in de jaren ’70 kwam daarin nog wel het dichtst in de buurt, getuige de beelden van het WK 1974. Oranje wint vaak direct de bal terug, maar als het mislukt, ligt het veld open. In het hedendaagse voetbal, met alle analyses die teams vooraf uitvoeren om de tegenstander in kaart te brengen, is deze strategie extra riskant geworden.
Omschakelen
Op individueel niveau is het dus niet verstandig om na balverlies met z’n allen blind druk op de bal te zetten. Oog voor de omgeving is nodig om niet in de val te lopen als de tegenstander de bal verovert. Welke opties heeft elke speler direct na balverlies?
1. Drukzetten – Als een tegenstander in de omschakeling veel tijd en ruimte krijgt, kan hij goede oplossingen verzinnen en een counter inzetten met een pass vooruit. Door na balverlies, bij voorkeur met één of meerdere spelers in de buurt van de bal, direct druk te zetten, kan dit worden voorkomen.
2. Tegenstander dekken – Tijdens het omschakelen na balverlies staan er bij de tegenstander vaak spelers vrij. Het is dan ook belangrijk om direct oog te hebben voor deze vrijstaande spelers en ze kort te dekken, zeker spelers die op gevaarlijke plekken staan én ingespeeld kunnen worden.
3. Passlijn blokkeren – Dekken is niet altijd mogelijk, zeker omdat tegenstanders ook in beweging zijn. Daarom is het soms gemakkelijker en effectiever om in elk geval de passlijn naar een vrijstaande speler eruit te halen. Zo kan hij – direct althans – niet worden bereikt.
4. Terugsprinten – Soms zijn de drie bovenstaande opties niet mogelijk. Ook dan kan een speler zich nuttig maken door direct terug te sprinten en weer achter de bal te komen. Zo kan hij zich in een later stadium weer inschakelen. Dit geldt vaak voor voorhoedespelers als beste optie.
5. Diepte eruit – Omdat er in de counter vaak veel ruimte ligt, zoeken veel tegenstanders direct naar diepte achter de verdediging. Met name de achterhoede kan deze ruimte verkleinen door naar achteren te lopen, ingedraaid te staan en een paar meter te pakken als er een dieptebal dreigt.
6. Overtreding maken – Dreigt er een gevaarlijke counter, dan kan een ‘slimme’ overtreding soms uitkomst bieden. Door een tegenstander even vast te houden, kan het team zich reorganiseren. Dit gaat meestal wel ten koste van een gele kaart.
Bestel nu een e-book (PDF) waarin informatie staat gebundeld over onderwerpen als spelprincipes en scenario’s tijdens een wedstrijd.
Snel
Elke situatie is anders, voor het team én voor het individu. Elke speler moet direct na balverlies herkennen wat hij het best kan doen. Door hem bovenstaande opties aan te reiken, krijgt hij daarin wat meer houvast. Zes opties is aardig veel, dus het kan verstandig zijn om simpel te beginnen met twee opties: drukzetten of terugsprinten. Hoe verder een speler is, hoe meer opties je hem als trainer kunt aanreiken. Wat zijn keuze ook is, het is altijd belangrijk dat het omschakelen na balverlies snel gebeurt.
Om spelers hierin beter te begeleiden, kan beeldmateriaal erg nuttig zijn. Door het beeld op de juiste momenten te pauzeren en verschillende keuzes met een speler te bespreken, krijgt hij meer inzicht in wat er wordt gevraagd in de eerste seconden na balverlies. Daarin kan onze Mediatheek ondersteunen. Daarin staan honderden instructievideo’s met wedstrijdbeelden, waarvan er vijftien specifiek zijn gericht op het omschakelen na balverlies.